Het Grondwettelijk Hof had in een arrest van 11 oktober 2018 (135/2018) geoordeeld dat het nationaliteitscriterium voor de ‘cautio iudicatum solvi’ (van een buitenlandse eiser kan de zekerheidsstelling worden gevraagd) het gelijkheidsbeginsel schendt, vermits het een onverantwoord verschil in behandeling voorziet tussen verweerders naargelang de eiser een vreemde nationaliteit heeft of de eiser de Belgische nationaliteit heeft maar in het buitenland is gevestigd zonder vermogen in België, terwijl in geen van beide gevallen de verweerder de waarborg heeft dat de eiser de kosten zal kunnen betalen.
Een wetsvoorstel van 27 februari 2019 vervangt daarom het nationaliteitscriterium in artikel 851 Ger.W. door een territorialiteitscriterium (nl. de hoofdverblijfplaats of de maatschappelijke zetel).