Article

– Richtlijn (EU) nr. 2015/2366 van het Europees Parlement en van de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van richtlijnen nrs. 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van richtlijn nr. 2007/64/EG (voor de EER relevante tekst) (Pb.L. 337, 23 december 2015), in werking getreden op 12 januari 2016, R.D.C.-T.B.H., 2016/5, p. 510-511

Richtlijn (EU) nr. 2015/2366 van het Europees Parlement en van de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van richtlijnen nrs. 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van richtlijn nr. 2007/64/EG (voor de EER relevante tekst) (Pb.L. 337, 23 december 2015), in werking getreden op 12 januari 2016

Deze richtlijn (“PSD 2”) vervangt, in het kader van de verdere integratie van de interne markt voor betalingsdiensten binnen de EU, de richtlijn nr. 2007/64/EG [1] (“PSD 1”). Ten gevolge van significante technische innovaties, waaronder een snelle toename van het aantal elektronische en mobiele betalingen en de opkomst van nieuwe soorten betalingsdiensten, was de PSD 1 achterhaald. PSD 2 beoogt de rechtsonzekerheid, de potentiële veiligheidsrisico's in de betalingsketen en het gebrek aan consumentenbescherming op sommige gebieden, waartoe de leemten in PSD 1 leidden, te verhelpen. De wijzigingen beogen meer concurrentie, efficiëntie en innovatie in het betalingsverkeer.

De wijzigingen aan PSD 1 betreffen onder andere:

    • de uitbreiding van het toepassingsgebied tot aanbieders van rekeninginformatiediensten (i.e. online­diensten voor het verstrekken van informatie over een of meer betaalrekeningen van de betalingsdienstgebruiker) en van betalingsinitiatiedienst­aanbieders (i.e. betalingsdienstaanbieders die op verzoek van de betalingsdienstgebruiker een betalingsopdracht initiëren m.b.t. een of meer betaal­rekeningen die bij een of meer andere betalingsdienstaanbieders wordt aangehouden);
    • de uitbreiding - m.u.v. enkele bepalingen - van de toepassing van Titel III (transparantieverplichtingen) en van Titel IV (rechten en verplichtingen) tot betalingstransacties, ongeacht de munteenheid, waarbij slechts één der betalingsdienstaanbieders in een lidstaat van de EU gevestigd is, voor wat betreft de delen van de betalingstransactie die binnen de EU worden uitgevoerd;
    • de beperking van de uitsluiting uit het toepassingsgebied van betalingstransacties die via een handelsagent worden uitgevoerd tot de handelsagent die slechts in naam en voor rekening van één der partijen optreedt, om te voorkomen dat platformen voor elektronische handel die als intermediair optreden PSD 2 niet moeten naleven;
    • de nadere precisering van de uitsluiting uit het toepassingsgebied voor betaalinstrumenten met beperkte gebruiksmogelijkheden en voor betalingstransacties door elektronische communicatienetwerken of diensten;
    • de onderwerping van de vergunning voor betalingsdienstaanbieders aan een reeks bepalingen inzake veiligheid;
    • de introductie van het “EBA-register” waarin de informatie zal worden opgenomen betreffende vergunde betalingsinstellingen (en hun agenten), evenals een oplijsting van de vrijgestelde personen;
    • de vrijstelling van de rekeninginformatiediensten van bepaalde voorwaarden en procedures waaraan betalingsinstellingen zijn onderworpen, en de introductie van diverse bepalingen op het vlak van de rechten en plichten voor rekeninginformatiediensten en betalingsinitiatiedienstaanbieders;
    • de introductie van een verbod tot doorrekening van de kosten van betalingstransacties aan de begunstigde;
    • de aanpassing van de regeling inzake aansprakelijkheid van de betaler voor niet-toegestane betalingstransacties (franchise van 50 EUR i.p.v. 150 EUR);
    • de introductie van verplichtingen inzake de beheersing van operationele risico's, de beveiligingsrisico's en authenticatie; en
    • de verdere uitwerking van de bepalingen inzake alternatieve geschillenbeslechting (“ADR”).

    De Europese Commissie wordt de bevoegdheid verleend gedelegeerde handelingen vast te stellen m.b.t. bepaalde materies. Met uitzondering van enkele uitdrukkelijk aangewezen bepalingen, beoogt PSD 2 een volledige harmonisatie. De lidstaten moeten PSD 2 uiterlijk op 13 januari 2018 hebben omgezet in nationale bepalingen die vanaf die datum toegepast moeten worden.

    BANK- EN KREDIETWEZEN
    Betalingsdiensten
    BANQUE ET CRÉDIT
    Services de paiement
    [1] Richtlijn nr. 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt en tot wijziging van de richtlijnen nrs. 97/7/EG, 2002/65/EG, 2005/60/EG en tot intrekking van richtlijn nr. 97/5/EG (Pb.L. 5 december 2007, afl. 319, 1).