Article

Actualité : Auditoraat van de BMA, 15/10/2014, R.D.C.-T.B.H., 2015/1, p. 130

Auditoraat van de BMA 15 oktober 2014

Spira / De Beers

Zaak: MEDE-P/K-09/0019
MEDEDINGING
Belgisch mededingingsrecht - Rechtspleging - Sepot - Beslissing van het auditoraat


CONCURRENCE
Droit belge de la concurrence - Procédure - Classement - Décision de l'auditorat


Op 30 oktober 2009 diende de Antwerpse diamanthandelaar Spira een klacht in tegen diamantproducent De Beers bij het toenmalig auditoraat van de Raad voor de Mededinging en een verzoek om voorlopige maatregelen bij de voorzitter van de Raad voor de Mededinging. Deze klacht kwam er nadat een eerdere klacht van Spira bij de Europese Commissie was afgewezen (waartegen Spira beroep had aangetekend bij het Gerecht van de Europese Unie). Op 25 november 2010 werden voorlopige maatregelen toegekend en veroordeelde de voorzitter van de Raad voor de Mededinging De Beers tot het leveren van diamant aan Spira. Deze voorwaarden werden meermaals verlengd.

Op 11 juli 2013 wees het Gerecht het beroep van Spira tegen de afwijzingsbeslissingen van de Europese Commissie af. Het Gerecht bevestigde de beslissing van de Commissie om de klacht af te wijzen wegens onvoldoende gemeenschapsbelang. De Commissie had geoordeeld dat een complex onderzoek niet gerechtvaardigd was wegens de lage waarschijnlijkheid dat een inbreuk zou worden gevonden. Spira heeft geen beroep ingesteld tegen dit arrest.

Om dezelfde redenen heeft het auditoraat op 15 oktober 2014 besloten de klacht van Spira te seponeren. Het meent dat wanneer de Commissie, daarin gevolgd door het Gerecht, oordeelt dat de kans klein is dat een inbreuk zal worden vastgesteld en dat een complex onderzoek aldus niet is gerechtvaardigd, het auditoraat gelet op de beperkte middelen van de Belgische Mededingingsautoriteit tot eenzelfde conclusie dient te komen.