Article

– Wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen (BS 7 mei 2014, de meeste bepalingen zijn in werking getreden op 7 mei 2014), R.D.C.-T.B.H., 2014/7, p. 717

Wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen (BS 7 mei 2014, de meeste bepalingen zijn in werking getreden op 7 mei 2014)

Deze wet voorziet diverse wijzigings- en opheffingsbepalingen met betrekking tot financiële wetgeving die voornamelijk als doel hebben deze wetgeving af te stemmen op de bepalingen van de wet van 25 april 2014 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen (zie hierboven), en bevat ook bepalingen waardoor de volgende wetten worden gewijzigd:

    • de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, voor bepaalde aspecten van de werking van de FSMA;
    • de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, teneinde een Afwikkelingscollege op te richten als orgaan binnen de NBB dat wordt belast met de goedkeuring van het afwikkelingsplan voor elke kredietinstelling en die wijzigingen aanbrengt met betrekking tot het juridisch statuut van de dwangsommen die de NBB kan opleggen aan de financiële instellingen die onder haar toezicht vallen;
    • de wet van 16 juni 2006 op de openbare aanbieding van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, door een wijziging aan te brengen aan de voorwaarden van prospectusvrijstellingen bij openbare aanbiedingen van aandelen door erkende coöperatieve vennootschappen en van effecten die aan werknemers worden aangeboden in het kader van participatieplannen. Daarnaast wordt in artikel 18 een nieuwe prospectusvrijstelling ingevoerd voor beleggingen van het type “crowdfunding” ten gevolge waarvan voor de openbare aanbieding van effecten en alle andere instrumenten die het mogelijk maken een financiële belegging uit te voeren geen prospectus gepubliceerd moet worden wanneer beleggers maximaal voor 1.000 EUR kunnen inschrijven en de totale tegenwaarde van de aanbieding minder bedraagt dan 300.000 EUR en alle documenten over de aanbieding de totale tegenwaarde, alsook de maximale inleg per belegger vermelden (art. 18, § 1, j));
    • de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen en de wet van 3 augustus 2012 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles, ten gevolge waarvan verzekerings-, herverzekerings-, beleggings- en marktondernemingen alsmede betalingsinstellingen, instellingen voor elektronisch geld, beleggingsvennootschappen en beheervennootschappen worden onderworpen aan bijzondere vereisten inzake de corporate governance structuur.
    BANK- EN KREDIETWEZEN
    Algemeen (bank- en kredietwezen) - Toezicht op de kredietinstellingen - Algemeen
    FSMA
    Organisatie - Bevoegdheden
    FINANCIEEL RECHT
    Openbare uitgifte - Prospectus
    BANQUE ET CRÉDIT
    Généralités (banque et crédit) - Contrôle des banques - Généralités
    FSMA
    Organisation - Compétences
    DROIT FINANCIER
    Emission publique - Prospectus