Teneinde de integriteit van de financiële markten in de Unie te garanderen en de bescherming van de beleggers en het vertrouwen in deze markten te verhogen voorziet deze verordening een nieuw regelgevend kader inzake het verbod op handel met voorkennis en marktmanipulatie dat de vroegere Richtlijn 2003/6/EG en de bijhorende uitvoeringsmaatregelen vervangt. De verordening zorgt voor een uitbreiding van het toepassingsgebied en de draagwijdte van het marktmisbruikregime en voor aanpassingen in de verbodsbepalingen om rekening te houden met een aantal evoluties zoals handel via georganiseerde handelsfaciliteiten (“OTF's”), otc-handel, nieuwe verhandelingspraktijken zoals high frequency trading, verhandeling van aan grondstoffen gerelateerde financiële instrumenten en emissierechten, en manipulaties inzake benchmarks (zoals Euribor- of LIBOR-benchmarks voor interbancaire leningtarieven). De verordening is van toepassing vanaf 3 juli 2014 behalve voor een reeks bepalingen inzake uitvoeringsmaatregelen die pas van toepassing zullen zijn vanaf 3 juli 2016 en de bepalingen inzake OTF's, mkb-groeimarkten, emissierechten of geveilde producten die daarop zijn gebaseerd, die niet van toepassing zijn tot 3 januari 2017.

Voormelde verordening is samen te lezen met de nog om te zetten Richtlijn 2014/57/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende strafrechtelijke sancties voor marktmisbruik (Pb.L. 173 van 12 juni 2014, in werking getreden op 2 juli 2014) dat de minimum voorschriften vaststelt voor strafrechtelijke sancties voor handel met voorwetenschap, wederrechtelijke openbaarmaking van voorwetenschap en marktmanipulatie. Deze richtlijn moet door de lidstaten worden omgezet tegen 3 juli 2016.