Article

Hof van Justitie van de Europese Unie, 08/05/2013, R.D.C.-T.B.H., 2013/7, p. 685-686

Hof van Justitie van de Europese Unie 8 mei 2013

Eni SpA / Europese Commissie

Zaak: C-508/11 P

Deze zaak betreft een internationaal kartel in de sector van synthetische rubbersoorten. De Commissie had een aantal ondernemingen, waaronder Eni, aansprakelijk gesteld voor dit kartel en elk van hen een aanzienlijke boete opgelegd. Eni was volgens de Commissie (op dit punt gevolgd door het Gerecht) aansprakelijk voor de deelname aan het kartel door haar dochteronderneming. Deze aansprakelijkheid wordt door Eni betwist, maar haar beroep wordt door het Hof van Justitie verworpen.

Het Hof van Justitie bevestigt dat, aangezien Eni bijna alle aandelen in de betrokken dochteronderneming bezat, de Commissie mocht uitgaan van een weerlegbaar vermoeden dat Eni een beslissende invloed uitoefende over het gedrag van deze laatste. In dit verband is niet van belang of Eni rechtstreeks dan wel via een andere onderneming deze aandelen aanhield. Dit weerlegbaar vermoeden is volgens het Hof niet in strijd met algemene rechtsbeginselen zoals het legaliteitsbeginsel en de persoonlijke aansprakelijkheid. Het feit dat Eni slechts de financiële investeringen binnen de groep coördineert en zich niet inlaat met de commerciële bedrijfsvoering van haar dochteronderneming volstaat niet om het vermoeden van beslissende invloed te weerleggen.

Het Hof van Justitie verwerpt ook het argument dat het aansprakelijk houden van Eni strijdig zou zijn met het beginsel van beperkte aansprakelijkheid van kapitaalvennootschappen en dat van de afzonderlijke rechtspersoonlijkheid van vennootschappen. Het Hof van Justitie brengt in herinnering dat het ondernemingsbegrip uit het mededingingsrecht slaat op een economische entiteit, ongeacht de juridische kwalificatie ervan, en dat deze entiteit aansprakelijk zal zijn voor de overtreding van de mededingingsregels.

MEDEDINGING
Europees mededingingsrecht - Horizontale overeenkomsten - Toerekenbaarheid onrechtmatige gedraging
CONCURRENCE
Droit européen de la concurrence - Accords horizontaux - Imputabilité du comportement infractionnel