Article

Hof van Cassatie, 28/06/2012, R.D.C.-T.B.H., 2013/3, p. 189

Hof van Cassatie 28 juni 2012

ZEKERHEDEN
Garantie op eerste verzoek - Recht tot afroep van de garantie - Onterechte afroep van de garantie - Recht op terugvordering - Bewijslast
De begunstigde van een garantie op eerste verzoek heeft het recht tot afroep van de garantie zodra de voorwaarden hiertoe zijn vervuld. De opdrachtgever van de garantie is gerechtigd de krachtens de garantie betaalde bedragen van de begunstigde terug te vorderen wanneer de afroep niet terecht is gebeurd. De bewijslast hiervoor berust bij de opdrachtgever.
SÛRETÉS
Garantie à première demande - Droit de faire appel à la garantie - Appel injustifié à la garantie - Droit au remboursement - Charge de la preuve
Le bénéficiaire d'une garantie à première demande a le droit de faire appel à la garantie dès que les conditions pour ce faire sont remplies. Le donneur d'ordre a le droit de réclamer au bénéficiaire le remboursement des montants payés en vertu de la garantie lorsque l'appel à la garantie n'est pas justifié. La charge de la preuve de cette circonstance incombe au donneur d'ordre.

Multimodal Logistics Platform NV / Schenker NV

Zet.: E. Forrier en E. Dirix (afdelingsvoorzitters), E. Stassijns, B. Deconinck en K. Mestdagh (raadsheren)
MP: Ch. Vandewal (advocaat-generaal)
Pl.: Mrs. H. Geinger en B. Maes

(...)

III. Beslissing van het Hof
Beoordeling
Eerste onderdeel

1. De begunstigde van een garantie op eerste verzoek heeft het recht tot afroep van de garantie zodra de voorwaarden hiertoe zijn vervuld. De opdrachtgever van de garantie is gerechtigd de krachtens de garantie betaalde bedragen van de begunstigde terug te vorderen wanneer de afroep niet terecht is gebeurd. De bewijslast hiervoor berust bij de opdrachtgever.

2. Uit de vaststellingen van de appelrechters blijkt dat:

- de verweerster als huurder van een bedrijfsgebouw aan de eiseres (verhuurder) een bankgarantie op eerste verzoek heeft verstrekt tot waarborg van de eventuele huurschade bij het beëindigen van de overeenkomst;

- de overeenkomst een einde nam op 31 december 2007;

- de verhuurder op 20 mei 2008 overging tot afroep van de bankgarantie;

- de bank aan de verhuurder het overeengekomen bedrag betaalde;

- de huurder het bestaan van huurschade betwist en van de verhuurder de terugbetaling vordert van het door de bank betaalde bedrag;

- tussen de partijen betwisting bestaat over het bestaan en de omvang van de schade.

3. De appelrechters die oordelen dat op de verhuurder als begunstigde van de garantie, de bewijslast rust “van de omvang van het bestaan van de schade, en de omvang ervan”, verantwoorden hun beslissing niet naar recht.

Het onderdeel is gegrond.

Dictum

HET HOF,

Vernietigt het bestreden vonnis.

(...)