Hof van Cassatie 7 mei 2010

In casu had een verkoper de aankoop door een koper van een personenwagen gefinancierd en zich de eigendom van het voertuig voorbehouden tot de volledige betaling van de prijs. De koper werd evenwel toegelaten tot de collectieve schuldenregeling, waarop de verkoper de schuldbemiddelaar vergeefs vroeg om haar het voertuig terug te bezorgen. Zowel de beslagrechter te Namen als het hof van beroep te Luik verwerpen het verzoek om beslag tot terugvordering van de verkoper.

Het Hof van Cassatie bevestigt de lagere rechtspraak en oordeelt vooreerst dat een beding waarbij de partijen overeenkomen om de eigendomsoverdracht uit te stellen geoorloofd is doch dat dit echter niet kan worden ingeroepen ten aanzien van de schuldeisers van de koper in geval van samenloop met de verkoper, wanneer de verkochte zaak in het bezit van de koper werd gesteld. In dat geval legt artikel 20, 5° van de hypotheekwet namelijk de rechten van de verkoper van de roerende goederen vast wanneer hij in samenloop komt met de andere schuldeisers: indien de schuldenaar in het bezit is gesteld van het verkochte goed, beschikt de onbetaalde verkoper slechts op een voorrecht over de prijs.

De stelling dat de verkoper, na het inleiden van een procedure van collectieve schuldenregeling, het voordeel van een beslag tot terugvordering van de met een beding van eigendomsvoorbehoud verkochte zaak kan verkrijgen, faalt volgens het oordeel van het Hof van Cassatie dan ook naar recht.