Article

BANK- EN KREDIETWEZEN – Toezicht op de kredietinstellingen – Minimum eigen vermogen, R.D.C.-T.B.H., 2010/9, p. 897

BANK- EN KREDIETWEZEN

Toezicht op de kredietinstellingen - Minimum eigen vermogen

Eigen vermogen van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen

Op 5 augustus 2010 is in het Belgisch Staatsblad het koninklijk besluit van 20 juli 2010 tot goedkeuring van het reglement van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen van 2 maart 2010 tot wijziging van het reglement van 17 oktober 2006 op het eigen vermogen van de kredietinstellingen en de beleggingsondernemingen gepubliceerd.

Het reglement van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen van 2 maart 2010 tot wijziging van het reglement van 17 oktober 2006 op het eigen vermogen van de kredietinstellingen en de beleggingsondernemingen zelf werd in het Belgisch Staatsblad van dezelfde datum gepubliceerd.

De voornaamste van de aangebrachte wijzigingen is dat het eigen vermogen van instellingen die gebruik maken van de interneratingbenaderingen voor kredietrisico of de geavanceerde meetbenadering voor operationeel risico, tot 31 december 2011 gelijk dient te zijn aan of groter dient te zijn dan 80% van het vereiste eigen vermogen zoals bepaald vóór 1 januari 2007 (zie de wijzigingen aangebracht door het artikel 2 van het reglement van 2 maart 2010; zie ook circulaire CBFA 2010/17 d.d. 23 augustus 2010).

Een officieuze coördinatie van het reglement eigen vermogen kan worden geraadpleegd op de website van de CBFA (onder de rubriek: kredietinstellingen en financiële holdings).