Article

Jurisprudence commentée en droit bancaire et en droit financier, R.D.C.-T.B.H., 2010/2, p. 104

Jurisprudence commentée en droit bancaire et en droit financier

Becommentarieerde rechtspraak in Bank- en Financieel Recht

Jean-Pierre Buyle et Martine Delierneux
AVANT-PROPOS

Cette chronique qui concerne des décisions prononcées en 2008 est l'oeuvre d'une équipe composée de André-Pierre André-Dumont, Kathleen Bernaert, Bertrand Caulier, Olivier Creplet, Laurent Dujardin, Roland Hardy, Nadine Spruyt, Oliver Stevens, Marc-David Weinberger.
En matière de compte, la cour d'appel de Bruxelles entérine un parère de l'Association belge des banques, consacrant l'usage aux termes duquel le client doit signaler les erreurs qu'il constate dans ses extraits de compte dans un délai raisonnable. A défaut, le silence permet de présumer que le client a approuvé les opérations constatées par les extraits bancaires (décision n° 2). La même juridiction se prononce aussi, et ce n'est pas fréquent, en matière de paiement par carte sur Internet (décision n° 3).
En matière d'intérêts, le tribunal de commerce de Hasselt considère qu'un taux de 20,4% l'an pour un dépassement non autorisé n'est pas usuraire. L'article 1153, 5ème alinéa du Code civil ne s'applique pas à cette situation (décision n° 4).
A côté des devoirs habituels incombant aux banquiers (information, renseignement, loyauté,…), les tribunaux rappellent aussi les obligations incombant aux clients: vigilance (décisions nos 2 et 9), information (décision n° 5).
En matière de garantie à première demande, la cour d'appel de Bruxelles considère que le banquier garant ne doit pas prévenir le donneur d'ordre de l'existence d'un appel même lorsqu'il sait que le client conteste cet appel (décision n° 6).
Trois décisions concernent la gestion de portefeuille: le banquier doit-il dans ce cas, suivre les instructions données par le client (décision n° 7)? Quid d'un stop loss? Quid des conflits d'intérêts (décisions nos 8 et 9)? Quid des pondérations contractuelles (décision n° 9)?



VOORWOORD

Deze kroniek betreft beslissingen uitgesproken in 2008 en is tot stand gekomen met medewerking van André-Pierre André-Dumont, Kathleen Bernaert, Bertrand Caulier, Olivier Creplet, Laurent Dujardin, Roland Hardy, Nadine Spruyt, Oliver Stevens, Marc-David Weinberger.
Het hof van beroep te Brussel heeft een parère van de Vereniging van Belgische Banken aanvaard, dat het gebruik bevestigt dat de cliënt, die vergissingen vaststelt in zijn rekeninguittreksels, verplicht is dit binnen redelijke termijn te melden. Bij gebreke daarvan zal het stilzwijgen beschouwd worden als een bevestigng van de verrichtingen, vermeld op de rekeninguittreksels (beslissing nr. 2). Hetzelfde hof heeft zich eveneens uitgesproken over de betaling op Internet bij middel van een bankkaart, wat niet vaak voorkomt (beslissing nr. 3).
Met betrekking tot de interesten, heeft de rechtbank van koophandel te Hasselt geoordeeld dat een interestvoet van 20,4% per jaar wegens een niet toegelaten overschrijding geen woekerrente is. Artikel 1153, 5de lid BW werd niet toepasselijk verklaard op dergelijke situatie (beslissing nr. 4).
Naast de gebruikelijke taken, die rusten op een bankier (informatieplicht, onderzoek, loyauteit, ...), wijzen de rechtbanken eveneens op de verplichtingen die rusten op de clienten: waakzaamheid (beslissingen nrs. 2 en 9), het zichzelf informeren (beslissing nr. 5).
Met betrekking tot de bankgarantie op eerste verzoek, heeft het hof van beroep te Brussel geoordeeld dat de waarborgende bank de opdrachtgever van het order niet moet verwittigen van de afroep zelfs indien hij weet dat de client de afroep betwist (beslissing nr. 6).
Verder zijn er nog drie beslissingen betreffende het vermogensbeheer: moet de bankier bij vermogensbeheer de instructies van de client volgen (beslissing 7)? Wat in geval van stop loss? Quid het belangenconflict (beslissing nrs. 8 en 9)? Wat met de contractueel vastgelegde weging (beslissing nr. 9)?