Rechtbank van koophandel Brussel 3 juli 2009
INSOLVENTIE - CONTINUÏTEIT VAN DE ONDERMENINGEN
Gerechtelijke reorganisatie - Collectief akkoord - Voorwaarde - Ten minste twee schuldeisers
Wanneer er slechts één schuldeiser is, kan geen toepassing van artikel 43 van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen worden gemaakt, vermits dit artikel een minnelijk akkoord met minstens twee schuldeisers veronderstelt.
|
INSOLVABILITE - CONTINUITE DES ENTREPRISES
Réorganisation judiciaire - Accord collectif - Condition - Au moins deux créanciers
Lorsqu'il n'y a qu'un seul créancier, il n'est pas possible de faire application de l'article 43 de la loi du 31 janvier 2009 relative à la continuité des entreprises puisque cet article suppose un accord avec au moins deux créanciers.
|
BVBA Phenix Consulting
Zet.: W. Piryns (ondervoorzitter van de rechtbank), J. Indekeu (voorzitter in handelszaken) en J. De Boeck (rechter in handelszaken) |
Pl.: Mr. C. Meyns |
Gelet op het verzoekschrift neergelegd ter griffie op 19 juni 2009 overeenkomstig artikel 17 § 1 van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen (WCO) en de stukken neergelegd conform § 2 en 4 van dit artikel;
Gelet op de beschikking d.d. 22 juni 2009 waarbij de voorzitter van onderhavige rechtbank de heer Frank Taildeman, rechter in handelszaken heeft aangesteld als gedelegeerd rechter;
Gelet op het verslag van de gedelegeerd rechter;
Gelet op de vaststelling van de zaak ter zitting van 30 juni 2009;
Overwegende dat ter zitting van 30 juni 2009 gehoord werden in raadkamer Mter C. Meyns en de heer F. Taildeman;
Dat verzoekster een opschorting vraagt van zes maanden met het oog op het bewerkstelligen van een minnelijk akkoord overeenkomstig artikel 43 WCO; dat zij ter zitting geen toepassing heeft gevraagd van de artikelen 44 tot 58 en 59 tot 70 WCO waarvoor voorbehoud was geformuleerd in het verzoekschrift; dat zij de aanstelling heeft gevraagd van een gerechtsmandataris te belasten met een bemiddelingsopdracht;
Dat verzoekster verklaart slechts één schuldeiser te hebben namelijk de NV Vera Interim;
Dat geen toepassing kan gemaakt worden van artikel 43 WCO vermits dit artikel een minnelijk akkoord met minstens twee schuldeisers veronderstelt; (... “met al zijn schuldeisers of met twee of meer onder hen”...)
Om deze redenen,
de rechtbank,
Gelet op de wet van 15 juni 1935,
Verklaart het verzoek ontvankelijk doch ongegrond.
Verwerpt dienvolgens het verzoek.
Veroordeelt verzoekster tot de kosten.
Beveelt de kennisgeving door de griffie aan de voorzitter van onderhavige rechtbank overeenkomstig artikel 25 WCO.
Over dit vonnis, zie hierboven de bijdrage van prof. M. Grégoire, “La réorganisation judiciaire aux mains des juges: premières récoltes”, meer bepaald nrs. 6, 9 en 17.