Rechtbank van Koophandel Tongeren 20 februari 2003
FAILLISSEMENT - INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT - BEVOEGDHEID
Faillietverklaring - Bevoegdheid - Internationale bevoegdheid - Insolventieverordening - Voorrang feitelijke zetel
Wanneer het centrum van de voornaamste belangen van de schuldenaar op Belgisch grondgebied gelegen zijn, zijn de Belgische rechtbanken bevoegd tot opening van een insolventieprocedure ook al is er reeds op dat ogenblik een faillietverklaring beslist in een andere Lidstaat waar de statutaire zetel zich bevond.
|
FAILLITE - DROIT INTERNATIONAL PRIVÉ - COMPÉTENCE
Déclaration de faillite - Compétence - Compétence internationale - Règlement 1346/2000 - Primauté du siège réel
Quand le centre des intérêts principaux du débiteur se trouve sur le territoire belge, les tribunaux belges sont compétents pour ouvrir une procédure d'insolvabilité même si à ce moment la faillite du débiteur a déjà été déclarée ouverte par un tribunal d'un autre État membre sur le territoire duquel se trouvait le siège statutaire.
|
De voorlopige bewindvoerders van de SPRL C., vennootschap naar Luxemburgs recht / SPRL C., vennootschap naar Luxemburgs recht met feitelijke zetel te Kortessem
Zet.: R. Vanmol, R. De Brone en L. Lowette (rechters) |
Pl.: Mr. R. Beernaerts |
Gelet op:
de dagvaarding die werd betekend door plaatsvervangend gerechtsdeurwaarder S. Scheldeman loco gerechtsdeurwaarder L. Donné te Tongeren d.d. 13 december 2002, die er toe strekt om verweerster in staat van faillissement te horen verklaren;...
Verweerster is niet verschenen ter zitting van 20 februari 2003, waarop de zaak tegensprekelijk werd uitgesteld;
De rechtbank verleent verstek;
(...)
Voorgaanden |
Bij beschikking van de heer Voorzitter van de Rechtbank van Koophandel te Tongeren d.d. 29 november 2002 werden aanleggers q.q. aangesteld als voorlopige bewindvoerders over verweerster en dit in toepassing van artikel 8 Faill.W.
Aanleggers q.q. dienden in hun voormelde hoedanigheid te onderzoeken of verweerster zich in staat van faillissement bevond en dienden dan over te gaan tot dagvaarding in faillissement binnen de 15 dagen na hun aanstelling.
Aanleggers q.q. halen in hun dagvaarding een aantal elementen aan waaruit zou blijken dat verweerster zich in staat van faillissement bevindt en zij vorderen dan ook dat verweerster failliet wordt verklaard.
Intussen werd vernomen dat verweerster in het Groothertogdom Luxemburg werd failliet verklaard.
Beoordeling |
1. | Bevoegdheid van deze rechtbank |
Verweerster werd reeds failliet verklaard in het Groothertogdom Luxemburg, maar is echter feitelijk gevestigd in België, meer in het bijzonder in Kortessem, dus binnen de grenzen van het gerechtelijk arrondissement Tongeren.
De Rechtbank van Koophandel te Tongeren is op grond van artikel 3.2 van de Verordening nr. 1346/2000 van de Raad van 29 mei 2000 betreffende de insolventieprocedures (P.B. L. 160, 30 juni 2000) dan ook bevoegd om de insolventieprocedure te openen.
Op grond van artikel 4 van dezelfde Verordening is het Belgisch recht van toepassing.
Aanleggers q.q. tonen op afdoende wijze aan dat verweerster feitelijk een vestiging heeft of gevestigd is in België, meer in het bijzonder in Kortessem, dus binnen de grenzen van het gerechtelijk arrondissement Tongeren.
De Rechtbank van Koophandel te Tongeren is bijgevolg bevoegd om te oordelen over onderhavige faillissementsvordering.
2. | Ten gronde |
-
De rechtbank stelt vast dat:
- de boekhouding van verweerster op het gebied van handelsvorderingen niet in overeenstemming is met de werkelijkheid en dat, volgens de verklaring die werd afgelegd door de heer Va., zaakvoerder, al de nog in de boekhouding als openstaande voorkomende vorderingen werden geïnd met uitzondering van een enkele vordering op een failliete klant. Uit deze balanspost kunnen aldus geen middelen komen ter voldoening van de passiva;
- de bankrekeningen van verweerster zijn geblokkeerd ingevolge een lopend strafonderzoek;
- de goederen die vermeld zijn in het P.V. van inventaris zijn, alleszins op korte termijn, niet verzilverbaar omdat zij in beslag genomen zijn;
- verweerster heeft belangrijke eisbare schulden.
Zo vertoont de saldilijst leveranciers per einde februari 2002 een totaal saldo van € 4.916.204,42.
De boekhoudkundige verrichtingen van de vennootschap werden niet conform verricht, zodat men er het raden naar heeft wat de juiste toestand is.
Diverse schuldeisers hebben een schuldvordering gemeld bij aanleggers q.q. voor een geraamd totaal bedrag van ongeveer € 950.000.
Er is een totaal gebrek aan liquide middelen tegenover een groot bedrag aan opeisbare schulden.
De vennootschap beschikt niet meer over enige vorm van krediet op een enkele schuldeiser na die nog respijt geeft in de hoop van een toch nog gunstige afloop.
De rechtbank is van oordeel dat verweerster op een duurzame wijze haar betalingen heeft gestaakt en dat haar krediet is geschokt.
Om deze redenen: |
De rechtbank uitspraak doende bij verstek en in openbare zitting:
Verklaart de vordering ontvankelijk en gegrond.
Verklaart de SPRL C., vennootschap naar Luxemburgs recht, ingeschreven in het H.R. te Luxemburg..., met vennootschapszetel te L-5575 Remich-Luxemburg..., doch met feitelijke zetel te 3723 Kortessem..., import en export van onderdelen van computers, e-commerce oplossingen, software, hardware en elke andere activiteit in relatie tot het voorgaande, in staat van faillissement op dagvaarding.
Stelt voorlopig op 29 november 2002, datum van aanstelling van de voorlopige bewindvoerders, het tijdstip van staking van betalingen conform artikel 12 van de wet op de faillissementen.
(...)
Legt aan de schuldeisers van de gefailleerde op de verklaring van hun schuldvordering ter griffie van deze rechtbank... te doen uiterlijk op 22 maart 2003.
(...)
[1] | Assistente IPR, K.U.Leuven. |