Gedeeltelijke vernietiging van de Kinepolis beslissing van het Mededingingscollege van de BMA wegens schending van de motiveringsplicht.
In een arrest van 28 februari 2018 bevestigt het Marktenhof dat de BMA als administratieve overheid onder de toepassing valt van de Wet van 29 juli 1991 betreffende de formele motivering van bestuurshandelingen (B.S. 12 september 1991).
Om afdoende te zijn moet de motivering pertinent en daadkrachtig zijn, dit wil zeggen duidelijk met de beslissing te maken hebben en volstaan om de beslissing te dragen. Het Marktenhof benadrukt in zijn arrest dat de redengeving des te concreter en preciezer moet zijn wanneer de beslissing afwijkt van een voorstel of advies dat op duidelijke en concrete elementen is gesteund. In zulk geval moet de overheid uitleggen waarom zij meent dat zij de in het advies vooropgestelde argumenten niet kan volgen.
Het Marktenhof heeft geoordeeld dat de Kinepolis beslissing (31 mei 2017, BMA-2017-C/C-22) deels niet aan de aldus omschreven motiveringsplicht voldoet en heeft het betrokken deel deswege vernietigd. Enerzijds zou het Mededingingscollege niet afdoende gemotiveerd hebben waarom het afweek van het ontwerp van beslissing van de auditeur (wat betreft de pro-concurrentiële effectenvan organische groei). Anderzijds verwees het Mededingingscollege naar gegevens van Kinepolis en derde partijen zonder deze weer te geven of te verduidelijken, waardoor er niet zou kunnen nagegaan zijn of het College de gegevens correct beoordeeld heeft.