De verzekering van de aansprakelijkheid van bedrijfsleiders is Angelsaksisch van oorsprong. In België doken de eerste verzekeringspolissen van de burgerlijke aansprakelijkheid van bestuurders van handelsvennootschappen op vanaf 1978, ten gevolge van de zaak UNAC en van de invoering in het Belgisch recht van de vordering tot aanzuivering van …
De rechtsvordering waarbij de verzekeraar van de verzekerde de terugbetaling eist van vergoedingen die hij hem onverschuldigd heeft uitbetaald, vloeit niet voort uit de verzekeringsovereenkomst maar wel uit de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek betreffende de terugvordering van het onverschuldigd betaalde, zodat de driejarige …
Le fait qu'un jugement ne peut, en principe, être opposé à l'assuré ou à la personne lésée que s'ils ont été présents ou appelés à l'instance, n'empêche pas que lorsque la personne lésée a d'abord exercé son action à l'encontre de l'assureur et que celle-ci a été rejetée à défaut de responsabilité, l'assuré qui est …
De rechtstreekse vordering gebaseerd op artikel 68 Wet op de landverzekeringsovereenkomst is onderworpen aan de verjaringsregels bepaald in artikel 34, § 2, WLVO. … Wanneer in burgerlijke zaken, een wet voor de verjaring van de vordering een kortere termijn bepaalt dan die gesteld door de vorige wet, en het betrokken recht voor de …
Een wet die een schorsingsgrond van de verjaring bepaalt die niet voorkomt in de wet die van toepassing is op het ogenblik van het ontstaan van de vordering, is vanaf haar inwerkingtreding van toepassing op die verjaring. Derhalve is niet wettig de beslissing dat de verjaring van de rechtsvordering wegens een verkeersongeval voorgevallen op …
Artikel 88, 2de lid, wet op de landverzekeringsovereenkomst dat een kennisgevingsplicht oplegt aan de verzekeraar die een verhaal wenst in te stellen tegen de verzekeringnemer of de verzekerde die niet de verzekeringnemer is, is van dwingend recht ten gunste van de verzekerde …
Wanneer een van de echtgenoten door een onrechtmatige daad schade toebrengt aan een goed van de huwelijksgemeenschap, zal hij de schade moeten vergoeden. Niets staat eraan in de weg dat het beginsel van de vergoedingsplicht en de omvang van de vergoeding te allen tijde zou worden vastgesteld …
In casu dient besloten te worden dat er afdoend bewijs voorligt dat de overschakeling naar de verkoop van antieke juwelen naar moderne juwelen en losse edelstenen een verhoogd risico op diefstal betekende en door de verzekeraars als relevant element bij de beoordeling van het risico werd beschouwd …