Article

Actualité : Hof van Justitie, 11/03/2015, R.D.C.-T.B.H., 2015/7, p. 745-746

Hof van Justitie 11 maart 2015

Jean-Bernard Lafonta / Autorité des marchés financiers

Zaak: C-628/13
FINANCIEEL RECHT
Financiële markten - Marktmisbruik - Voorwetenschap - Begrip “concrete informatie”


DROIT FINANCIER
Marchés financiers - Abus de marché - Information privilégiée - Notion « information concrète »


De Franse Cour de cassation stelde een prejudiciële vraag naar aanleiding van een besluit van de Franse Autorité des marchés financiers (AMF) waarbij een vennootschap en diens voorzitter van de raad van bestuur werden veroordeeld tot een geldboete omdat de laatste bepaalde informatie over een financiële transactie die de vennootschap zou toelaten een participatie te verwerven in een andere vennootschapsgroep, niet openbaar had gemaakt.

Het Hof van Justitie oordeelde in deze zaak dat artikel 1, 1. van richtlijn nr. 2003/6/EG (de “richtlijn marktmisbruik”) en artikel 1, 1. van richtlijn nr. 2003/124/EG tot uitvoering van de richtlijn marktmisbruik, dusdanig moeten worden uitgelegd dat zij niet voorschrijven dat informatie enkel als concrete informatie kan worden beschouwd indien daaruit met een voldoende mate van waarschijnlijkheid kan worden afgeleid in welke zin de koers van de betrokken financiële instrumenten mogelijkerwijze zal worden beïnvloed zodra zij openbaar zal worden gemaakt. Ter onderbouwing van het beroep tegen de beslissing van de AMF werd aangehaald dat een situatie of een gebeurtenis slechts concreet is in de zin van de toepasselijke bepalingen van Frans recht indien de houder van deze informatie op basis hiervan kan voorzien in welke richting de koers van het betrokken effect zal evolueren (stijging of daling) wanneer deze informatie openbaar wordt gemaakt. Deze redenering wordt niet weerhouden en er wordt aan herinnerd dat het onderscheidende criterium tussen concrete en niet-concrete informatie is of zij invloed kan uitoefenen op de markt.