Article

– Antwoord van de minister van Justitie in de Commissie voor Justitie van 12 december 2012 op vraag nr. 14529 van de heer Luk Van Biesen (www.dekamer.be, verslag Commissie voor Justitie van 12 december 2012 (COM 620), vr. nr. 14529), R.D.C.-T.B.H., 2013/3, p. 198

Antwoord van de minister van Justitie in de Commissie voor Justitie van 12 december 2012 op vraag nr. 14529 van de heer Luk Van Biesen (www.dekamer.be , verslag Commissie voor Justitie van 12 december 2012 (COM 620), vr. nr. 14529)

Overeenkomstig het in 2012 ingevoerde artikel 184, § 5 W.Venn. is een ontbinding en vereffening in één akte mogelijk op voorwaarde dat er (onder andere) geen passiva meer voorkomen op de staat van activa en passiva die moet worden opgesteld met het oog op de ontbinding (zie ook RDC-TBH 2012, 728). Er was in de rechtspraktijk twijfel ontstaan over de draagwijdte van deze voorwaarde. In een zeer strikte interpretatie zou dit kunnen inhouden dat er geen enkele balanspost mag voorkomen aan de passiefzijde, inclusief provisies, reserves of kapitaal.

In dit verband kan ook worden verwezen naar een advies over de voorziening voor kosten van ontbinding en vereffening gepubliceerd door het informatiecentrum voor het bedrijfsrevisoraat op 14 juni 2012 (zie www.icci.be/nl/adviezen/Pages/voorziening-kosten-ontbinding-vereffening.aspx ). Hierin wordt de stelling verdedigd dat de voorzieningen voor de kosten van ontbinding en vereffening dienen te worden beschouwd als passiva in het kader van artikel 184, § 5, 2° W.Venn. en dat het dan ook raadzaam is om de notaris, juridische adviseur, accountant, bedrijfsrevisor, enz. reeds vóór de invereffeningstelling te vergoeden (en desgevallend de te veel betaalde sommen tijdens de vereffening te recupereren), teneinde desbetreffende passiva te kunnen wegwerken.

Op een parlementaire vraag ter verduidelijking van de voorwaarde van afwezigheid van passiva zoals opgelegd door artikel 184, § 5, 2° W.Venn. heeft de minister van Justitie onlangs geantwoord dat de voorwaarde wil bewerkstelligen dat de te vereffenen vennootschap geen schulden meer heeft ten aanzien van derden. Andere passiva, zoals kapitaal en reserves, dienen dan ook buiten beschouwing te worden gelaten. De kosten of provisies verbonden aan de vereffening zelf vormen evenmin een beletsel. Bovendien zou het volgens de minister zijn toegelaten om eventuele schulden die blijken uit de staat van activa en passiva terug te betalen voor de ontbinding om vooralsnog te kunnen overgaan tot de ontbinding en vereffening in één akte. De minister kondigt aan dat de bepaling van artikel 184, § 5, 2° W.Venn. in die zin zal worden verfijnd.

VENNOOTSCHAPPEN
Vennootschappen met rechtspersoonlijkheid: gemeenschappelijke bepaling - Ontbinding - Vereffening
SOCIÉTÉS
Sociétés dotées de la personnalité juridique: dispositions générales - Dissolution - Liquidation