Article

Actualité : Gerecht van de Europese Unie, 24/05/2012, R.D.C.-T.B.H., 2012/7, p. 736

Gerecht van de Europese Unie 24 mei 2012

MasterCard e.a. / Europese Commissie

Zaak: T-111/08
MEDEDINGING
Europees mededingingsrecht - Horizontale overeenkomsten - Ondernemingsvereniging - Beperking prijsmededinging


CONCURRENCE
Droit européen de la concurrence - Accords horizontaux - Association d'entreprises - Limitation de la concurrence par les prix


MasterCard is een internationale organisatie die onder meer het MasterCard-betaalsysteem commercialiseert. De Commissie kwam reeds in 2007 tot het besluit dat de multilaterale afwikkelingsvergoedingen (MAV's) die binnen dit MasterCard-systeem werden toegepast - indien er bilateraal tussen de banken, dan wel collectief op nationaal niveau, geen afwikkelingsvergoedingen zijn vastgelegd - in strijd waren met het mededingingsrecht. De MAV's worden toegepast in de verhouding tussen de uitgevende bank (bank van de kaarthouder) en de 'acquiring' bank (bank van de handelaar) naar aanleiding van de afwikkeling van betaalkaarttransacties en komen ten bate van de uitgevende bank. De MAV's vertegenwoordigen op die manier een deel van de transactieprijs voor een via kaart verrichte betaling en worden aan de handelaren doorgerekend door de financiële instelling die instaat voor het beheer van hun transacties.

Het Gerecht bevestigt dat de vaststelling van de MasterCard MAV's mededingingsrechtelijk kwalificeert als een besluit van een ondernemingsvereniging en dit ondanks de wijzigingen die na de beursintroductie van MasterCard werden doorgevoerd. Hoewel MasterCard niet langer formeel wordt gecontroleerd door de deelnemende financiële instellingen, blijven deze volgens het Gerecht nog steeds collectief een beslissingsbevoegdheid uitoefenen m.b.t. de wezenlijke aspecten van het MasterCard-betalingssysteem.

Voorts bevestigt het Gerecht dat de MAV's een negatieve impact hebben op de prijsconcurrentie. Meer bepaald zouden de handelaren zonder MAV's meer concurrentiedruk kunnen uitoefenen op de hoogte van de kosten die hun voor het gebruik van betaalkaarten worden doorgerekend. Dit vormt een beperking van de prijsconcurrentie dat niet kan worden gerechtvaardigd door efficiëntiewinsten. Het Gerecht oordeelt dat de MAV's niet objectief noodzakelijk zijn voor het functioneren van het MasterCard-betalingssysteem. Het is onwaarschijnlijk dat banken, zonder MAV's, zouden stoppen met de uitgifte van MasterCard-kaarten of de voorwaarden ervan zodanig zouden wijzigen dat de houders andere betaalmiddelen zullen verkiezen. Het Gerecht bevestigt dan ook dat MasterCard de MAV's moet afschaffen.