Article

Vennootschappen – Vennootschappen met rechtspersoonlijkheid: gemeenschappelijke bepalingen – Organen – Raad van bestuur – Aantal vrouwelijke leden, R.D.C.-T.B.H., 2011/9, p. 950

VENNOOTSCHAPPEN

Vennootschappen met rechtspersoonlijkheid: gemeenschappelijke bepalingen - Organen - Raad van bestuur - Aantal vrouwelijke leden

Quotum aantal vrouwelijke leden in raden van bestuur (zie ook onder Vennootschappen)

Bij wet van 28 juli 2011 (BS 14 september 2011) tot wijziging van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, het Wetboek van Vennootschappen en de wet van 19 april 2002 tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij teneinde te garanderen dat vrouwen zitting hebben in de raad van bestuur van autonome overheidsbedrijven, de genoteerde vennootschappen en de Nationale Loterij werd een quotum ingesteld voor het aantal vrouwen dat in een raad van bestuur moet zetelen.

Voor wat de economische overheidsbedrijven betreft, werd bepaald dat ten minste een derde van de leden van de raad van bestuur die worden aangewezen door de Belgische Staat of door een door de Belgische Staat gecontroleerde vennootschap van een ander geslacht moet zijn dan dat van de overige leden. Indien het aantal bestuurders van een ander geslacht kleiner is dan een derde, dan moet de eerstvolgende bestuurder die wordt benoemd van dat geslacht zijn. Zo niet, is die benoeming nietig. Hetzelfde geldt wanneer door een benoeming het aantal van de bestuurders van een ander geslacht daalt tot onder dit vereiste minimumaantal. Deze verplichting geldt vanaf de eerste dag van het boekjaar dat aanvangt na 14 september 2011. Voor de Nationale Loterij is dezelfde regeling van toepassing.

Dezelfde principes zijn ook van toepassing op grote beursgenoteerde vennootschappen als omschreven in de hoger genoemde wet. Deze grote beursgenoteerde vennootschappen hebben tot de eerste dag van het zesde boekjaar dat ingaat na 14 september 2011 om aan deze regels te voldoen. Indien het aantal bestuurders van een ander geslacht op de eerste dag van het zevende boekjaar dat ingaat na 14 september 2011 nog kleiner is dan een derde, dan moet de eerstvolgende algemene vergadering een raad van bestuur samenstellen die aan het quotum voldoet. Zo niet, wordt elk voordeel van de bestuurders dat verbonden is met hun mandaat geschorst. Deze voordelen zullen dan opnieuw worden toegekend van zodra het quotum is bereikt.

Ook kleine beursgenoteerde vennootschappen zoals omschreven in de hoger genoemde wet zijn aan deze regels onderworpen en hebben tijd tot de eerste dag van het achtste boekjaar dat ingaat na 14 september 2011 om aan het vereiste quotum te voldoen. Indien het aantal bestuurders van een ander geslacht op de eerste dag van het negende boekjaar dat ingaat na 14 september 2011 nog kleiner dan een derde is, dan geldt ook in dat geval de schorsing van de voordelen die aan het mandaat van bestuurder zijn verbonden totdat het quotum is behaald.

Voor vennootschappen waarvan de effecten voor het eerst worden toegelaten op een gereglementeerde markt geldt het quotum vanaf de eerste dag van het zesde boekjaar dat aanvangt na deze toelating.

Tot slot zijn beursgenoteerde vennootschapen verplicht om in hun jaarverslag een overzicht op te nemen van de inspanningen die zijn ondernomen om ervoor te zorgen dat ten minste een derde van de leden van de raad van bestuur van een ander geslacht is dan de overige leden. Deze verplichting geldt vanaf de eerste dag van het boekjaar dat aanvangt na 14 september 2011.