Article

Hof van Cassatie, 24/12/2009, R.D.C.-T.B.H., 2011/2, p. 138

Hof van Cassatie 24 december 2009

VERZEKERING
Landverzekering - Schadeverzekering - Aansprakelijkheidsverzekering - Verhaal van de verzekeraar tegen de verzekerde - Kennisgevingsplicht - Dwingend recht - Afstand van recht door de verzekerde - Geen aanvaarding door verzekeraar
Artikel 88, 2de lid, wet op de landverzekeringsovereenkomst dat een kennisgevingsplicht oplegt aan de verzekeraar die een verhaal wenst in te stellen tegen de verzekeringnemer of de verzekerde die niet de verzekeringnemer is, is van dwingend recht ten gunste van de verzekerde. De verzekerde kan derhalve afstand doen van het recht zich te beroepen op het uit dit artikel voortvloeiende verval van het recht van verhaal van de verzekeraar, zonder dat vereist is dat de verzekeraar deze afstand moet aanvaarden.
ASSURANCE
Assurance terrestre - Assurance de dommages - Assurance responsabilité - Recours de l'assureur contre l'assuré - Obligation de notification - Droit impératif - Renoncement à son droit par l'assuré - Pas d'acceptation par l'assureur
La disposition de l'article 88, 2ème alinéa, de la loi sur le contrat d'assurance terrestre qui impose à l'assureur l'obligation de notifier au preneur ou s'il y a lieu à l'assuré qui n'est pas le preneur d'assurance, son intention d'exercer un recours est de droit impératif au profit de l'assuré. Celui-ci peut dès lors renoncer au droit d'invoquer la déchéance du droit de recours de l'assureur résultant de cet article, sans qu'il soit nécessaire que l'assureur accepte cette renonciation.

Fortis Insurance Belgium NV / V.D.V.D.

Zet.: I. Verougstraete (voorzitter), E. Dirix, E. Stassijns (verslaggever) (raadsheren)
O.M.: A. Van Ingelgem (advocaat-generaal)
Pl.: Mrs. H. Geinger en W. van Eeckhoutte

(…)

III. Beslissing van het Hof
Beoordeling

(…)

Middel zelf

3. Krachtens artikel 88, 2de lid, van de wet op de landverzekeringsovereenkomst van 25 juni 1992, is de verzekeraar, op straffe van verval van zijn recht van verhaal, verplicht de verzekeringnemer of, in voorkomend geval, de verzekerde die niet de verzekeringnemer is, kennis te geven van zijn voornemen om verhaal in te stellen zodra hij op de hoogte is van de feiten waarop dat besluit is gegrond.

Deze bepaling is van dwingend recht ten gunste van de verzekerde.

De verzekerde kan derhalve, uitdrukkelijk of stilzwijgend, afstand doen van het recht zich te beroepen op het uit artikel 88, 2de lid, van de wet op de landverzekeringsovereenkomst voortvloeiende verval van het recht van verhaal van de verzekeraar.

4. Afstand van recht is een eenzijdige rechtshandeling, die niet door de wederpartij moet worden aanvaard.

Afstand van recht wordt niet vermoed en kan alleen worden afgeleid uit feiten die niet voor een andere uitlegging vatbaar zijn.

5. Het vonnis stelt vast dat de verweerder, nadat de eiseres hem in een aangetekende brief haar beslissing tot verhaal overeenkomstig artikel 25 van de algemene polisvoorwaarden had meegedeeld en de verweerder had aangemaand tot betaling, in een brief van 7 december 2001 aan de eiseres schreef de schade te zullen betalen.

6. Door te oordelen dat de brief van 7 december 2001 een louter eenzijdig voorstel is dat bij gebrek aan aanvaarding door de eiseres of uitvoering of begin van uitvoering ervan door de verweerder, voor hem geen enkele contractuele verplichting creëerde, zodat dit niet kan beschouwd worden als een erkenning van het recht van verhaal van de eiseres en het verval van het verhaalrecht van de eiseres door dit loutere voorstel dan ook niet ongedaan werd gemaakt, miskent het vonnis het algemene rechtsbeginsel betreffende de afstand van recht.

Het middel is in zoverre gegrond.

(…)