Article

Vennootschappen – Naamloze vennootschap – Bestuur – Algemeen, R.D.C.-T.B.H., 2010/5, p. 433

VENNOOTSCHAPPEN

Naamloze vennootschap - Bestuur - Algemeen

Wet van 6 april 2010 tot versterking van het deugdelijk bestuur bij de genoteerde vennootschappen en de autonome overheidsbedrijven en tot wijziging van de regeling inzake het beroepsverbod in de bank- en financiële sector

De wet tot versterking van het deugdelijk bestuur […] (de “Wet Deugdelijk Bestuur”) werd op 23 april 2010 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. De Wet Deugdelijk Bestuur voert enkele belangrijke nieuwigheden in voor beursgenoteerde ondernemingen en autonome overheidsbedrijven. Zo zal het in de toekomst verplicht zijn om in het jaarverslag een specifieke verklaring op te nemen inzake deugdelijk bestuur. Een deel van deze verklaring inzake deugdelijk bestuur zal bestaan uit het remuneratieverslag, waarin gedetailleerde informatie moet worden opgenomen over de remuneratie van de bestuurders en het management van de betrokken vennootschap: onder meer het bedrag, op individuele basis, van de remuneratie en andere voordelen die worden toegekend aan de niet-uitvoerende bestuurders; gedetailleerde informatie over de remuneratie van de CEO; gedetailleerde informatie, op globale basis, over de remuneratie en andere voordelen die worden toegekend aan de uitvoerende bestuurders en het management; etc. De algemene vergadering dient zich bij afzonderlijke stemming jaarlijks uit te spreken over het remuneratieverslag. De Wet Deugdelijk Bestuur verplicht genoteerde vennootschappen die een bepaalde omvang hebben ook om een remuneratiecomité op te richten binnen hun raad van bestuur.

De vertrekvergoeding van de uitvoerende bestuurders of van andere personen belast met het dagelijks bestuur van de vennootschap mag in de toekomst niet hoger zijn dan 12 maanden loon of, mits voorafgaandelijke goedkeuring door de algemene vergadering, 18 maanden loon. Het zal eveneens niet langer mogelijk zijn om een variabele vergoeding toe te kennen aan een onafhankelijke bestuurder zonder de voorafgaandelijke goedkeuring van de algemene vergadering. Voorts moeten ook de criteria voor de variabele remuneratie van uitvoerende bestuurders en management uitdrukkelijk worden vastgelegd. Behoudens andersluidende statutaire bepaling of uitdrukkelijke goedkeuring door de algemene vergadering mogen toegekende aandelenopties pas na drie jaar worden uitgeoefend, dient ten minste een vierde van de variabele remuneratie voor uitvoerende bestuurders en management gebaseerd te zijn op objectief meetbare prestatiecriteria van minstens twee jaar, en dient ten minste een ander vierde gebaseerd te zijn op objectief meetbare prestatiecriteria van minstens drie jaar.