VENNOOTSCHAPPEN

Deze wet introduceert in het W.Venn. een nieuwe vorm van BVBA die kan worden opgericht met een maatschappelijk kapitaal van slechts 1 EUR. Deze starter BVBA, afgekort S-BVBA, kan enkel worden opgericht door natuurlijke personen, die elk maar één S-BVBA mogen oprichten en die niet meer dan 5% stemgerechtigde effecten mogen bezitten in een andere vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. De aandelen van een S-BVBA mogen niet worden overgedragen aan een rechtspersoon en de S-BVBA kan slechts worden bestuurd door natuurlijke personen. Bij de oprichting zijn de oprichters verplicht om zich te laten bijstaan door een boekhouder, accountant of bedrijfsrevisor voor het opstellen van het financieel plan.

Het is echter niet de bedoeling van de wetgever om de S-BVBA voor onbepaalde duur te laten functioneren met een maatschappelijk kapitaal van 1 EUR. Ten laatste 5 jaar na de oprichting, of van zodra de S-BVBA vijf voltijdse werknemers heeft, moet het kapitaal worden opgetrokken tot het wettelijk minimumkapitaal (18.550 EUR). Vanaf 3 jaar na de oprichting van de S-BVBA zijn de vennoten hoofdelijk gehouden voor het eventuele verschil tussen het wettelijk minimumkapitaal en het bedrag van het werkelijk geplaatst kapitaal. Bovendien dient de S-BVBA jaarlijks ten minste een vierde van de nettowinst te reserveren voor de vorming van een reservefonds. Deze reserves kunnen dan later worden gebruikt om het maatschappelijk kapitaal op 18.550 EUR te brengen.

Deze wet treedt in werking op een door de Koning te bepalen datum.