In een arrest van 21 september 2020 (C.19.0510.N) bevestigt het Hof van Cassatie dat de dwingende bepalingen van de Wet van 27 juli 1961 betreffende de eenzijdige beëindiging van de voor onbepaalde tijd verleende concessies van alleenverkoop (nu Boek X, Titel III WER) niet verhinderen dat de partijen dergelijke overeenkomst in onderlinge overeenstemming beëindigen.