Koninklijk Besluit tot goedkeuring van de gedragscode voor inducements voor levens- en niet-levensverzekeringen werd in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd op 21 juni 2019.
Het Koninklijk Besluit van 17 juni 2019 keurt de ‘Gedragscode voor inducements voor levens- en niet-levensverzekeringen’ goed. Deze gedragscode is tot stand gekomen in onderling overleg tussen de beroepsverenigingen van de verzekeringssector (m.n. Assuralia, FVF, FEPRABEL, BVVM-UPCA en BZB-Fedafin) en houdt tevens rekening met de opmerkingen en bedenkingen van toezichthouder FSMA.
Artikel 287 van de wet van 4 april betreffende verzekeringen (W.Verz.) heeft de beroepsverenigingen ermee belast om, binnen de zes maanden na de bekendmaking van de wet die dit artikel heeft ingevoerd, in onderling overleg een gedragscode uit te werken. Artikel 287 W.Verz. werd ingevoerd door de IDD-wet, d.i. de wet van 6 december 2018 tot omzetting van Richtlijn (EU) 2016/97 van het Europees Parlement en de Raad van 20 januari 2016 betreffende verzekeringsdistributie (BS 18 december 2018). De gedragscode dient minstens het volgende te bepalen:
- Criteria om te beoordelen of ondernemingen die inducements ontvangen, voldoen aan de verplichting om op eerlijke, billijke en professionele wijze te handelen in het belang van de klant, en
- een niet-exhaustieve lijst van inducements die zijn verboden omdat zij afbreuk doen aan de kwaliteit van de aan de klant verleende dienst.
De gedragscode die op 21 juni 2019 gepubliceerd is, bestaat uit drie titels. De eerste titel (‘Algemeen’) herhaalt de basisprincipes die altijd gerespecteerd moeten worden:
- Principes inzake belangenconflicten: het belang van de klant staat centraal. Het is niet toegelaten om een product zodanig te vergoeden dat de tussenpersoon ertoe kan aangezet worden om dat product te verkopen in plaats van het product dat het best tegemoet komt aan de verlangens en behoeften van de klant.
- Principe van proportionaliteit: de vergoedingen moeten redelijk zijn gelet op de dienstverlening waarvoor ze worden betaald.
De tweede titel omvat ‘Specifieke regels voor niet monetaire vergoedingen’, en stelt enerzijds vereisten vast voor de organisatie en inhoud van opleidingsseminaries, en bepaalt anderzijds specifieke regels inzake de toelaatbaarheid van events van bijvoorbeeld sportieve, culturele, muzikale of gastronomische aard.
De derde en laatste titel voorziet een lijst van verboden praktijken (‘Negatieve lijst’). Deze lijst is, zoals vermeld, niet-exhaustief. Verboden praktijken zijn:
- Reizen, ongeacht of deze gratis of betalend zijn voor de tussenpersonen. In een postscriptum wordt verduidelijkt dat alle reizen waarvoor reeds een reglement werd gecommuniceerd naar de tussenpersonen, nog mogen worden uitgevoerd, ook al vinden deze reizen plaats na de inwerkingtreding van de gedragscode en dit tot uiterlijk 31 december 2020. Hierbij kan worden opgemerkt dat de FSMA in een sectorverslag gepubliceerd op 21 juni 2019, eveneens specifiek ingaat op de praktijk waarbij verzekeringsondernemingen reizen aanbieden aan verzekeringstussenpersonen (zie hierover: FSMA – sectorverslag belangenconflicten en inducements). Het gaat daarbij, volgens de FSMA, « vaak om plezierreizen waarbij het vormingsgedeelte beperkt is ».
- Wanneer tussen de tussenpersoon en de klant een relatie van beleggingsadvies bestaat, zijn incentives voor een beperkte periode per product of voor een zeer nauw-gedefinieerde categorie van producten verboden. Dit verhindert echter niet dat de verzekeraar een commerciële actie organiseert voor alle tak 23 producten voor zover hij over een voldoende verscheiden aanbod van tak 23 producten beschikt waardoor hij voor alle `types’ klanten een passende tak 23 heeft.
- Opleidingsseminaries en events die niet voldoen aan de regels van de gedragscode.
Deze gedragscode geldt zowel voor inducements voor levens- als niet-levensverzekeringen, maar doet uiteraard geen afbreuk aan de bijkomende vereisten die gelden voor inducements met betrekking tot verzekeringsproducten met een beleggingscomponent, zoals geregeld in artikel 296/1 W.Verz.
Het Koninklijk Besluit tot goedkeuring van de gedragscode treedt in werking op 1 juli 2019.